Waar zit vitamine A in?

Vitamine A zit van nature alleen in dierlijke producten. Vanuit plantaardige producten kan je lichaam bètacaroteen omzetten in vitamine A. Via verschillende wegen kan je dus genoeg vitamine A binnenkrijgen.

Vitamine A in plantaardige producten

Bij plantaardige producten wordt vitamine A niet direct opgenomen in je lichaam. Hier is een extra stap voor nodig. Dit is het omzetten van bètacaroteen, naar vitamine A. Bètacaroteen zit in allerlei groenten en fruit: wortels, koolsoorten, pompoen en groene bladgroenten, mandarijnen en sinaasappels. Voor de vorming van 1 microgram vitamine A is 12 microgram bètacaroteen nodig.

Vitamine A in dierlijke producten

Daarnaast zit vitamine A in diverse dierlijke producten. Vanuit dierlijke producten wordt vitamine A direct opgenomen in je lichaam. Belangrijke bronnen waar vitamine A in zit zijn lever, vis, zuivelproducten en eieren (met name de eidooier). Verder wordt het in Nederland ook nog toegevoegd in margarine, halvarine en bak- en braadproducten.

Vitamine A zit ook in supplementen verwerkt. Supplementen worden ingenomen indien je een vitamine A-tekort hebt. Dit gaat over het algemeen op advies van een arts. Deze supplementen zijn te verkrijgen bij de apotheek of drogist bij je in de buurt.

Ondanks dat in Nederland een vitamine A-tekort weinig voorkomt, zijn er risicogroepen voor het krijgen van een vitamine A-tekort. Dit kunnen onder anderen mensen zijn met:

• Een bepaalde ziekte aan de darmen, lever of alvleesklier
• Een eenzijdig eetpatroon
• Zwaar alcoholisch drinkgedrag

Meer hierover op de pagina Vitamine A-tekort en bijbehorende symptomen.

De aanbevolen dagelijkste hoeveelheid vitamine A verschilt per leeftijd en geslacht. Hoe ouder je wordt, hoe meer vitamine A je nodig hebt. Het volgende schema toont aan hoeveel je nodig hebt:

Kinderen

• 6 maanden tot 2 jaar – 300 microgram
• 2 tot 5 jaar – 350 microgram
• 6 tot 9 jaar – 400 microgram

Mannen

• 9 tot 13 jaar – 600 microgram
• ≥ 14 jaar – 900 microgram

Vrouwen

• 9 tot 13 jaar – 600 microgram
• ≥ 14 jaar – 700 microgram
• Zwangere vrouwen – 800 microgram
• Vrouwen die borstvoeding geven – 1100 microgram

Bron: Voedingscentrum